Naar de vuilnis? Echt niet! Zoals Antoine Lavoisier zei: "niets wordt gecreëerd, niets gaat verloren, alles wordt getransformeerd".
Vanaf het moment dat de geblokte vlag het einde van de laatste race van een Formule 1-seizoen markeert, is elke auto op de baan meteen verouderd. Dus waar gaan Formule 1-auto's naartoe na het beëindigen van het kampioenschap?
Terwijl sommige teams hun modellen houden voor tentoonstellingsdoeleinden of tentoonstellingsraces, wordt een groot deel van de auto's een paar jaar later verkocht aan liefhebbers en particuliere verzamelaars. En in uitzonderlijke gevallen kunnen ze zelfs aan piloten worden aangeboden.
Een Formule 1-auto bestaat uit meer dan 80.000 onderdelen, die gedurende het seizoen worden vervangen en verbeterd. Zoals bekend, worden er vanaf het begin van het ontwerpen van een auto tot het moment dat deze op het circuit komt, vele miljoenen besteed aan onderzoek en ontwikkeling gedurende meerdere jaren. Dus, uit angst dat sommige onderdelen in verkeerde handen vallen, houden sommige teams niet alleen de auto's, maar ook alle gebruikte onderdelen.
NIET TE MISSEN: Kevin Thomas, de Brit die in zijn garage een Formule 1 ombouwt
Ferrari stopt met de verkoop van zijn Formule 1-auto's
In het geval van Ferrari is het niet langer mogelijk om modellen van het Italiaanse merk te kopen die na 2013 zijn ontwikkeld. Via het programma Ferrari Corse Clienti , het meest complete assistentieprogramma voor gebruikte Formule 1-auto's, bood het merk zijn klanten de mogelijkheid om te concurreren op verschillende wereldcircuits met het recht op de hulp van een team van monteurs, maar om financiële redenen zullen de nieuwe modellen niet langer worden gedekt .
In gesprek met Autocar gaat testpiloot Marc Gené ervan uit dat de nieuwe hybride motoren – 1.6 turboblok plus een elektrische unit – te complex zijn voor privégebruik. “Ze zijn heel moeilijk te onderhouden. De batterijen zijn niet alleen vrij duur om de motor te laten draaien, maar hebben ook enkele aanvullende veiligheidseisen”, zegt hij.
